Advocaten die regelmatig optreden als bewindvoerder willen dat de overheid de faillissementswet verder op de schop neemt. Zo moet het mogelijk worden om bij uitstel van betaling sneller personeel te ontslaan en moet ook de macht van de banken worden beperkt. 

Surseance, ofwel uitstel van betaling, beschermt bedrijven in nood weliswaar tegen beslagleggingen, de regeling geeft de bewindvoerder amper instrumenten om het bedrijf te redden. In meer dan negentig procent van de gevallen eindigt uitstel van betaling dan ook in een faillissement.

Insolad, de vereniging van insolventieadvocaten, komt nu met een voorstel om surséance meer te laten lijken op de Amerikaanse variant: de chapter 11-regeling. Het idee is dat er minder economische waarde verloren gaat als bedrijven worden gereorganiseerd tijdens een surséance, dan  als er een doorstart plaatsvindt.

Bedrijf is surseance besmet

Surseance of uitstel van betaling leidt in Nederland eigenlijk bijna altijd tot een faillissement. Belangrijkste reden is dat leveranciers het bedrijf de rug toekeren en klanten hun heil elders gaan zoeken. Bovendien mag de bank eventueel pandrecht gewoon uitoefenen: de bank kan dus wel beslag leggen op een bijvoorbeeld een bedrijfspand waar een hypotheek op rust.

Een faillissement biedt op dit moment gek genoeg meer kans op een succesvolle voortzetting van de bedrijfsactiviteiten. Het personeel staat bij een bankroet per definitie op straat en het nieuwe doorgestarte bedrijf kan een deel van het personeel tegen andere voorwaarden aannemen. Bij een surseance gelden daarentegen gewoon de gebruikelijke regels rond ontslag, waarbij bij het UWV een ontslagvergunning moet worden aangevraagd.

Insolad, de vereniging voor insolventie advocaten, wil nu graag dat de faillissementswet zo wordt aangepast dat de bewindvoerder meer macht krijgt om te kijken of het bedrijf toch te redden is. Een van de belangrijkste veranderingen zou zijn dat het bedrijf personeel mag ontslaan zonder de tijdrovende procedures van het UWV.

Ook zouden de rechten van de banken moeten worden ingeperkt, en zouden leveranciers verplicht moeten worden vitale zaken te blijven leveren. In de tussentijd zou de bewindvoerder dan met schuldeisers kunnen praten over eventuele schuldverlichting.

Kritiek: surseance geen reorganisatietool

Hoewel het idee achter het voorstel is dat er zoveel mogelijke economische waarde, en dus ook banen behouden blijven, reageren de bonden in Het Financieele Dagblad maandag minder enthousiast. Ze vrezen dat surseance zou kunnen veranderen in een reorganisatietool. Met andere woorden, wie van een deel zijn personeel af wil, vraagt uitstel van betaling aan.

De werkgevers zijn wel ingenomen met het plan, maar plaatsen kanttekeningen bij het verplichten van leveranciers om te blijven leveren. Dat zou namelijk die bedrijven weer in moeilijkheden kunnen brengen.

Stille bewindvoerder

Het versoepelen van de regels rond surseance heeft misschien hetzelfde doel, maar is iets heel anders dan een ander fenomeen dat het afgelopen jaar steeds populairder is geworden: de pre-pack, ofwel het aanstellen van stille bewindvoerder. Bij het aanstellen van een stille bewindvoerder is de directie -- in tegenstelling tot bij een surseance of een faillissement -- gewoon aan zet.

De "stille'' is meer een soort werkvoorbereider. De advocaat inventariseert de schulden, bezittingen en andere verplichtingen van het bedrijf zodat na een in de meeste gevallen onafwendbaar faillissement, sneller een doorstart kan worden gemaakt.

Lees ook

Faillissementswet op de schop: dit wil de minister veranderen

Sander Schouten: Pas op met stoelendans bij reorganisatie

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl